vrijdag 22 juli 2011

Hoe zit dat nu met de overdrachtsbelasting?

Moet ik nu 2% of 6% betalen?!?

De ministerraad heeft op vrijdagmiddag 1 juli 2011 bekend gemaakt dat de overdrachtsbelasting gaat wijzigen. De overdrachtsbelasting is tijdelijk van zes naar twee procent verlaagd.

De ministerraad heeft op voorstel van minister Donner van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en staatssecretaris Weekers van Financiën ingestemd met toezending aan de Tweede Kamer van de Woonvisie. Het kabinet heeft daarin geconstateerd dat daarin dat de bouw- en woningmarkt momenteel niet goed functioneren. Dat is versterkt door de financiële en economische crisis. Daardoor zijn de investeringen afgenomen en is de doorstroming sterk verminderd.

Daarom is er een heroverweging van het woonbeleid nodig. Hierbij kiest het kabinet voor de volgende uitgangspunten: meer keuzevrijheid, meer zeggenschap en meer verantwoordelijkheid bij burgers, bedrijven en maatschappelijke instellingen. Dit moet leiden tot een doelmatiger verdeling van woonruimte, verbetering van het investeringsperspectief en versterking van het vertrouwen op de woningmarkt.

Hiermee wil het kabinet het vertrouwen op de woningmarkt versterken en doorstroming voor huurders en kopers bevorderen. De overdrachtsbelasting gaat voor één jaar (in de periode van 15 juni 2011 tot 1 juli 2012) omlaag van zes naar twee procent. Het moment van de juridische overdracht van de woning is daarbij bepalend.
De marktwerking op de huurmarkt verbetert, onder meer door het voor huurders gemakkelijker te maken een woning te kopen.

Het kabinet wil het eigenwoningbezit bevorderen omdat dit bijdraagt aan:
• Het opbouwen van eigen vermogen;
• De zelfredzaamheid van burgers;
• De leefbaarheid van buurten en wijken.

De lagere overdrachtsbelasting is zowel gunstig voor starters op de woningmarkt - bijvoorbeeld huurders die een woning willen kopen - als voor doorstromers, omdat die hun oude woning gemakkelijker kunnen verkopen. In combinatie met het handhaven van de hypotheekrenteaftrek zal de verlaging van de overdrachtsbelasting leiden tot een impuls voor de woningmarkt.

Maar voor welke onroerende zaken geldt dit nu:
De maatregel ziet uitsluitend op de verkrijging van woningen of van rechten waaraan deze zijn onderworpen. Onder woningen wordt in dit kader verstaan onroerende zaken die naar hun aard zijn bestemd voor bewoning door particulieren. Het maakt geen verschil of de koper de woning zelf gaat bewonen of dat de koper de woning gaat verhuren aan een particulier.

De ondergrond en de tuin behoren tot de woning. Tot de woning behoren ook aanhorigheden zoals garages, schuren, serres, aan- en uitbouwen, tuinhekken en dergelijke die zich bevinden op hetzelfde perceel als de woning. Een garage die tot hetzelfde gebouwencomplex als de woning behoort, wordt ook tot de woning gerekend.
Ook als een woning tijdelijk leegstaat en wordt verkocht blijft de maatregel voor 2% van kracht. Tevens is de maatregel van 2% van toepassing op recreatiebungalows.

Als de onroerende zaak qua oppervlakte nagenoeg geheel (90% of meer) bestemd is voor bewoning, kan voor de verkrijging van de gehele onroerende zaak het tarief van 2% worden toegepast.

Voor onroerende zaken die niet geheel zijn bestemd voor bewoning geldt het volgende:
Uitgangspunt is dat uitsluitend over de waarde van het deel dat voor particuliere bewoning is bestemd het tarief van 2 procent wordt toegepast.

Voorbeelden van onroerende zaken waar de 2% regeling niet voor geldt:
Niet als woning aan te merken gebouwen zijn in ieder geval:
• bedrijfsgebouwen en –ruimtes;
• afzonderlijke garageboxen;
• hotels/pensions;
• asielzoekerscentra;
• een onroerende zaak die bestemd is voor gebruik als een verpleeg- of verzorgingsinstelling of ziekenhuis;
• internaten;
• grond bestemd voor woningbouw.

Voorbeeld 1:
U koopt een woning in het centrum van Nunspeet. De woning is alleen bestemd voor woongebruik. U valt onder de 2% regeling.

Voorbeeld 2:
U koopt een woning met een bedrijfshal, waarbij de oppervlakte van het perceel voor 50% is bestemd voor de woning en 50% voor de bedrijfshal. De koopsom zal in dit geval moeten worden gesplitst in een gedeelte voor het woonhuis en een gedeelte voor de bedrijfshal.

Over de woning dient dan 2% overdrachtsbelasting te worden betaald en over het overige 6% overdrachtsbelasting.


AartJan de Jong
NVM-makelaar / Registertaxateur o.z. bij Van de Loosdrecht Woning- en Bedrijfsmakelaars te Nunspeet
Download de brochure Stel een vraag